(Naar: Achille Bostrov, Ethnographische
Wanderzüge im Schiedammermoor, Franeker 1872)
Wie de kust zou volgen, naar het noorden of het zuiden, kan zien dat het waar is: hoe noordelijker je komt, hoe groter de mensen zijn en hoe zuidelijker, hoe kleiner.
Reis ver genoeg naar het zuiden en je zult mensen zien die kleiner zijn dan hazen, dan appels, dan kikkervisjes, dan klaprooszaad, dan het puntje van een naald.
Reis ver genoeg naar het noorden en je zult mensen zien die groter zijn dan schuren, dan masten, dan de toren van de kerk, dan de heuvels in de verte, dan de bliksem.
Reis nog verder naar het zuiden en je zult steeds kleinere mensen zien. Je zult mensen zien die kleiner zijn dan alles en nog kleiner zelfs dan dat.
Reis nog verder naar het noorden en je zult steeds grotere mensen zien. Je zult mensen zien die hoog over de wolken kijken, mensen die groter dan de sterren zijn.
Maar niets kan groter zijn dan alles en daarom houdt de wereld in het noorden op. Helemaal bovenaan staat iemand die nét zo groot als alles is.
Hier vinden we dat allemaal niet zo bijzonder. Wie zou er nou zover naar het noorden of het zuiden willen reizen alleen maar om steeds grotere of kleinere dingen te zien? Thuis in Schiedam is het veel bijzonderder.
Alleen hier is alles precies even groot als het is.
No comments:
Post a Comment