Sunday, August 1, 2010

Dit is een...

(p. 5) Dit is een vlieger. Hij is gemaakt van papier. Hij heeft heel veel mooie kleuren. Hij heeft een lange staart die heen en weer zwiept in de wind. Kijk, je ziet het touwtje bijna niet. Daarmee zit hij vastgebonden aan een jongetje op de grond. De vlieger mag niet weg omdat het jongetje niet kan vliegen.


(p. 16) Dit zijn een koe en een kalfje. Er zijn boerderijen vol koeien omdat jij zo houdt van ijs. Er zijn ook boerderijen vol koeien omdat jij zo houdt van hamburgers. Kijk maar hoeveel koeien er zijn! Het weiland staat helemaal vol! Dát zijn veel ijsjes en hamburgers!


(p. 28) Dit is een meneer van de douane. Hij mag in iedereen zijn tassen kijken. Er zijn heel veel mensen die met het vliegtuig willen. Daarom heeft de meneer van de douane het heel erg druk. Gelukkig wil iedereen hem helpen. Kijk, die mevrouw doet haar koffer al open. Dag, meneer van de douane, ik ga vandaag op reis.


(p. 63) Dit is een dier uit de oertijd. Geen enkel dier heeft nu nog zulke grote tanden. Geen enkel dier heeft nu nog zulke scherpe klauwen. Geen enkel dier kan zich nu nog zo goed verstoppen. Geen enkel dier heeft nu nog zoveel honger. Alleen, misschien, wij.

No comments:

Post a Comment