Friday, August 22, 2008

De Here, die onse de nootdruftigheeden besorgt

(...) Og als ik denk aan alle omstandighededen waardoor gij tot dit quaat zijt gekomen, als gij het gedaan hebt mijn lieve man, dan moest ik stille wesen, maar hadt gij maar doe aan de Here U vast houden, die kon en sou onse de nootdruftigheeden wel weder besorgt hebben, maar o man waar sal ik U met troosten. Dit sijn de laaste woorden. (...)*

Via Gelkinghe, alwaar de volledige tekst van deze prachtige brief uit 1782 van een vrouw aan haar ter dood veroordeelde man. Aldaar ook de achtergrond van diens veroordeling en de... ahem... creatieve wijze waarop het Drenthse hof deze vorderde ten uitvoering te brengen.

Maar herinner mij eraan dat ik Jehova Godt drie-enig vaker als expletief moet gebruiken, OK?

*) Ofwel in hedendaags dietsch, tenminste ongeveer: 'Och, als ik denk aan de situatie die jou tot je wandaden geleid hebben, schattebout, dat moet ik eigenlijk mijn kop houden. Maar als je toen maar op God had vertrouwd had, zou hij er wel weer voor gezorgd hebben dat we zouden hebben gekregen wat we nodig hadden. Hoe kan ik je nog troosten? Dit is het laatste wat ik kan zeggen'.